Steeds meer hondeneigenaren willen weten wat er zich in de darmen van hun hond afspeelt. Een microbioomanalyse – een onderzoek van de ontlasting – kan helpen om inzicht te krijgen in de bacteriële samenstelling van het spijsverteringsstelsel.
Zo’n analyse kan waardevolle informatie geven, maar leidt soms ook tot misverstanden.
Een veelgehoorde gedachte is dat je op basis van de uitslag eenvoudig kunt aanvullen wat “ontbreekt”, bijvoorbeeld met probiotica of supplementen. In werkelijkheid werkt het zo niet: het darmmicrobioom is geen boodschappenlijst, maar een levend ecosysteem.
Waarom ‘aanvullen wat mist’ zelden werkt
Een traditionele ontlastingsanalyse kijkt naar bacteriën die in het laboratorium kunnen worden gekweekt. Het probleem is dat een groot deel van de darmbacteriën zich helemaal niet laat kweken. Wat je op de uitslag ziet, is dus maar een klein deel van het geheel. Moderne DNA-technieken geven een vollediger beeld, maar ook dan is het belangrijk te beseffen dat het microbioom van elke hond uniek is – net als een vingerafdruk.
Er bestaan geen vaste referentiewaarden voor welke bacteriën een hond “zou moeten” hebben. Een tekort of overschot zegt daarom weinig zonder de context van voeding, leefstijl en gezondheid. Bovendien is een verstoorde darmflora – wat we dysbiose noemen – zelden een probleem op zichzelf.
Het is meestal een gevolg van iets anders, zoals langdurige stress, een antibioticakuur, een ontsteking of verkeerde voeding. Wie dan alleen probeert aan te vullen wat ontbreekt, behandelt het gevolg, niet de oorzaak.
Wat een microbioomanalyse wél laat zien
Een moderne analyse kan wel degelijk helpen om de spijsvertering beter te begrijpen.
Ze laat zien hoe divers de darmflora is, hoe goed de vertering verloopt en of er tekenen zijn van overbelasting.
Zo kun je bijvoorbeeld ontdekken:
- of vetten of eiwitten zwaarder te verteren zijn voor jouw hond;
- of er signalen zijn van een gevoelige darmwand;
- of de bacteriële balans breed genoeg is om veerkracht te bieden.
De uitslag is geen diagnose, maar een hulpmiddel om voeding en leefstijl preciezer af te stemmen. De waarde ligt in de interpretatie: wat vertelt dit over de hond als geheel?
Een groeiende interesse, maar nog weinig cijfers
Officiële cijfers over het aantal honden dat in Nederland een microbioomanalyse krijgt, zijn er niet. Toch groeit de belangstelling zichtbaar: steeds meer laboratoria bieden deze testen aan, en ook hondeneigenaren praten er vaker over.
Dat past in een bredere trend: we raken ons steeds bewuster van de rol van de darm bij gezondheid – zowel bij mensen als bij dieren. Die nieuwsgierigheid is positief, maar vraagt ook om realisme. Een analyse is geen eindpunt, maar een vertrekpunt voor gerichte begeleiding.
De probiotica-hype: ‘kan geen kwaad’?
Naast de opkomst van darmonderzoek is er ook een enorme groei in het gebruik van probiotica. Veel baasjes geven hun hond dagelijks een snoepje of capsule met “goede bacteriën” – vaak vanuit het idee: baat het niet, schaadt het niet.
In reclames lees je dat probiotica van alles kunnen oplossen: van jeuk tot stress en slechte vacht. Een bekend voorbeeld is Anti-Jeuk Probiotica Forte van DogSuppy. Volgens de website bevat dit supplement 3 miljard CFU per kauwtablet.
Dat klinkt indrukwekkend, maar of het ook echt werkt, hangt af van drie factoren: de stam, de dosering en de houdbaarheid.
Hoeveel CFU is eigenlijk nodig?
Uit onderzoeken bij honden blijkt dat de meeste effecten – bijvoorbeeld bij diarree of herstel na antibiotica – worden gezien bij hoeveelheden van ongeveer 1 tot 10 miljard CFU per dag. Dat is een ruime bandbreedte, maar geeft richting: onder die hoeveelheid is het effect vaak klein of afwezig. Belangrijk is dat het gaat om levende bacteriën op het moment van inname, niet om wat ooit in de fabriek is toegevoegd.
Ook verschilt de werking per bacteriestam. Een Enterococcus faecium-stam kan bijvoorbeeld nuttig zijn bij een verstoorde spijsvertering, terwijl een Lactobacillus-stam juist invloed heeft op slijmvliesbescherming of stressreactie. Zonder stamcode – een exacte aanduiding zoals NCIMB 10415 – weet je niet om welke bacterie het gaat, en dus ook niet wat je kunt verwachten.
En die 3 miljard CFU van DogSuppy?
Op papier valt dat binnen de ondergrens van wat onderzoek als werkzaam laat zien.
Maar het etiket vertelt niet:
- of die 3 miljard nog levend aanwezig zijn tot het einde van de houdbaarheid;
- welke stammen precies zijn gebruikt;
- en of het effect ooit bij honden is onderzocht met dezelfde samenstelling.
Zonder die gegevens zegt het aantal op zichzelf weinig.
Een product met 3 miljard CFU kán iets doen, maar dat hangt volledig af van de kwaliteit, de soort bacteriën en de reden waarom je het inzet. Een goed bedoelde keuze is dus niet automatisch een effectieve keuze.
Samengevat
- De meeste onderzoeken tonen effect bij 1 – 10 miljard CFU per dag.
- 3 miljard CFU per snoepje kan zinvol zijn, maar alleen als de bacteriestammen passen bij de klacht en de hoeveelheid levend blijft tot het moment van gebruik.
-
Bij veel commerciële “allround” probiotica ontbreken die gegevens.
Dan koop je vooral een mooi etiket, geen bewezen werking.
Wanneer testen wél zinvol is
Een microbioomanalyse kan waardevol zijn wanneer:
- je hond regelmatig last heeft van spijsverteringsproblemen of gevoelige ontlasting;
- klachten blijven terugkomen ondanks een goed dieet;
- herstel na medicatie moeizaam verloopt;
- of wanneer je wilt begrijpen hoe de darmen van je hond reageren op voeding.
De test geeft inzicht in patronen, niet in losse waarden. Het helpt je om stap voor stap te ontdekken wat jouw hond nodig heeft, zonder te gissen of te gokken.
Hoe ik er bij CaniBalance mee werk
In mijn praktijk gebruik ik een microbioomanalyse niet om iets “op te vullen”, maar om beter te begrijpen hoe het lichaam reageert. Eerst kijk ik altijd naar de basis: voeding, stress, beweging, medicatie, leefritme. Pas als die context duidelijk is, kan een analyse iets toevoegen.
De uitslag helpt om de juiste richting te kiezen:
heeft de hond meer rust nodig in het voedingspatroon, meer vezelvariatie of juist ondersteuning van het darmslijmvlies?
Daarna volgt een plan dat past bij de hond, niet bij het product. Soms hoort daar tijdelijk een probioticum bij – maar alleen als de bacteriestam en de reden kloppen. Doel is altijd herstel van balans, niet het vullen van een lijstje met tekorten.
De kern
Het microbioom van je hond is levend, veranderlijk en uniek. Herstel vraagt om inzicht in het waarom, niet om het blind aanvullen van het wat. Een microbioomanalyse kan helpen om dat inzicht te krijgen, mits ze goed wordt geïnterpreteerd.
Probiotica kunnen ondersteuning bieden, maar niet elk potje doet wat het belooft.
Echte vooruitgang ontstaat wanneer voeding, leefstijl en rust samen in balans komen — van binnenuit.
Wil je weten of een microbioomanalyse zinvol is voor jouw hond?
Samen kijken we naar de situatie, voeding en gezondheid,
zodat je met kennis en rust de juiste keuzes kunt maken.
Belangrijk: CaniBalance biedt voedingsadvies en educatie op basis van wetenschappelijke en natuurgerichte inzichten. De informatie in dit artikel is bedoeld ter ondersteuning, niet ter vervanging van veterinaire zorg. Bij gezondheidsproblemen of gebruik van medicatie: overleg altijd met je dierenarts.